Energie-infrastructuur verandert

De elektriciteits-, warmte- en gasnetten gaan de komende decennia verzwaard en uitgebreid worden. Ook wordt per verzorgingsgebied gekozen of het huidige aardgasnet geschikt wordt gemaakt voor waterstof of voor methaan (groen gas). De energie- en warmtetransitie vragen om een integrale systeemaanpak en meer coördinatie door overheden in samenspraak met netbeheerders. 

Windmolens langs A27 bij Nieuwegein

Dit zijn een aantal van de aanbevelingen die gedaan worden in de ‘Systeemstudie energie-infrastructuur’ die provincie Utrecht heeft laten uitvoeren. Doel van het onderzoek is om in kaart te brengen hoe de energie-infrastructuur van de provincie toekomstbestendig kan worden gemaakt. In het rapport zijn diverse scenario’s uitgewerkt en wordt de impact ervan op de infrastructuur en op de ruimte beschreven.

Van centraal naar steeds meer lokaal

Op dit moment wordt de meeste elektriciteit centraal opgewekt en via het elektriciteitsnet verspreid door heel Nederland. Het aardgasnet zorgt dat we overal in Nederland aardgas hebben om onze gebouwen te verwarmen. Dit wordt straks anders. Zowel elektriciteit als warmte zullen vaker lokaal worden opgewekt: elektriciteit via zonnepanelen en windturbines, warmte door bijvoorbeeld elektrisch gedreven warmtepompen, geothermie en biogas. Lokaal opgewekte elektriciteit wordt deels terug geleverd aan de energienetten. Om dat groeiende aanbod van zonne- en windenergie en lokale warmteproductie aan te kunnen, moeten de energienetten worden verzwaard en uitgebreid. De netbeheerders zijn daar mee bezig.

Meer vraag

Een belangrijke conclusie uit het rapport is dat de behoefte aan meer netcapaciteit van het elektriciteitsnet niet alleen veroorzaakt wordt door meer duurzame opwek (aanbod), maar ook door een sterke stijging van de vraag naar elektriciteit in de toekomst. Er worden veel woningen bijgebouwd en er zullen steeds meer elektrische auto’s en elektrisch aangedreven warmtepompen komen. Verzwaring en uitbreiding van het elektriciteitsnet is dus niet alleen nodig omdat er meer lokaal opgewekte zonne- en windenergie komt. Er is structureel behoefte aan meer netcapaciteit.

Warmtetransitie

Aangezien Nederland aardgasvrij gaat worden, zijn er andere warmtebronnen en is er een andere energie-infrastructuur nodig. Het huidige aardgasnet moet op termijn worden opgesplitst in een waterstof- en een methaannet (groen gas). Het is niet wenselijk om in één klein voorzieningsgebied zowel methaan als waterstof te distribueren, omdat dit een dubbele infrastructuur is en dus extra kosten en ruimte vereist. Per voorzieningsgebied moet daarom, naar verwachting, de keuze gemaakt worden voor ofwel waterstof ofwel methaan. Sommige wijken zullen aangesloten worden op een warmtenet of gebouwen krijgen een warmtepomp. Het aardgasnet zal daar verdwijnen.

Goed organiseren

De grootste uitdaging van de energietransitie ligt in het organisatorisch proces, concluderen de onderzoekers. Doordat verantwoordelijkheden voor de energietransitie en het energiesysteem bij verschillende partijen belegd zijn, is er geen partij verantwoordelijk voor integrale systeemkeuzes. Volgens de onderzoekers kan de provincie het initiatief nemen tot samenwerking en afstemming tussen overheden. De provincie Utrecht gaat, met andere provincies en in nauwe samenwerking met medeoverheden, deze handschoen oppakken. Ze wil via het opzetten van een integrale programmering zorgen voor een betere afstemming tussen ontwikkeling van vraag en aanbod van (elektrische) energie en de groei van beschikbare netwerk- en opslagcapaciteit.

De studie is uitgevoerd door CE Delft/ Quintel samen met Gasunie, Tennet en Stedin met input van de drie RES-regio’s.

Voor persinformatie: karin.alberts@provincie-utrecht.nl externe link, 06 53 72 80 69

Bron

Contact

Wil je meer weten over dit initiatief of project?

Verwante Artikelen

Reacties

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.